Over NIRAS


Opdracht

Wat zijn de opdrachten van NIRAS?

NIRAS is verantwoordelijk voor het veilige beheer van al het radioactieve afval in België. Daarnaast kunnen we ook belast worden met de sanering en ontmanteling van nucleaire installaties die buiten dienst gesteld werden. We investeren in onderzoeksprogramma’s om onze bestaande activiteiten te optimaliseren en om veilige oplossingen voor de lange termijn uit te werken. We doen nationale beleidsvoorstellen gelinkt aan het langetermijnbeheer van radioactief afval aan de regering. We gaan in dialoog met de samenleving om een maatschappelijk draagvlak te creëren voor de voorgestelde oplossingen. Tot slot zorgen we dat er voldoende financiële voorzieningen zijn volgens het principe ‘de vervuiler betaalt’. 

Hoe gebeurt het afvalbeheer op korte termijn?

Het dagelijkse afvalbeheer is een volledig operationeel industrieel proces dat mee uitgevoerd wordt door onze dochteronderneming Belgoprocess in Dessel. Daar wordt het afval verwerkt en vastgezet in vaten die dan opgeslagen worden in aangepaste gebouwen. Opslag van het afval is een veilige maar tijdelijke oplossing, er is nood aan een definitieve beheeroplossing voor het afval. We willen namelijk de toekomstige generaties niet opzadelen met de permanente last voor het beheer van het afval. Want afhankelijk van zijn levensduur moet het afval honderden tot vele honderdduizenden jaren afgezonderd worden van mens en milieu. 

Opslag van het afval is een veilige maar tijdelijke oplossing, er is nood aan een definitieve beheeroplossing voor het afval.

Hoe wordt het radioactieve afval beheerd op lange termijn? 

Het laag- en middelactieve kortlevende afval zal geborgen worden in een oppervlaktebergingsinstallatie in Dessel waar het van mens en milieu afgeschermd wordt. Eens het afval geborgen is, zal de bergingsinstallatie nog gedurende 300 jaar gemonitord worden. Nadien blijft een actieve monitoring mogelijk, maar is die niet meer noodzakelijk. De installatie is immers opgevat als een passief systeem: toekomstige generaties hoeven niet meer tussen te komen om de veiligheid te verzekeren. Dit project wordt via een uniek participatief proces gerealiseerd in nauwe samenwerking met de bevolking van Dessel en Mol. 

 

Voor het langlevende en/of hoogradioactieve afval werd recent gekozen voor het principe van diepe berging op Belgisch grondgebied. Internationaal is er een wetenschappelijke consensus dat zo’n diepe of geologische berging momenteel de meest veilige oplossing is voor dit afval. 

Participatie

Waarom is participatie essentieel voor het langetermijnbeheer van radioactief afval? 

Het bergen van radioactief afval is niet alleen een technische of wetenschappelijk uitdaging. De maatschappelijke uitdaging is even groot. Dat bewijst het project voor de oppervlakteberging van het laag- en middelactieve kortlevende afval, net als andere internationale voorbeelden. In de jaren negentig vertrokken we hiervoor nog van een zuiver technische benadering. We hadden bijna honderd locaties geselecteerd die in aanmerking kwamen voor een bergingsinstallatie, maar alle betrokken gemeentes hebben het radioactieve afval geweigerd.  

 

Het roer moest omgegooid worden en daarom besliste de federale regering in 1998 dat het onderzoek naar een geschikte bergingslocatie voor dit afval via een participatief traject moest gebeuren. Dat betekende dat de lokale bevolking van potentieel geïnteresseerde gemeenten van bij het begin betrokken moest worden. Onder andere de Waalse gemeenten Fleurus en Farciennes en de Vlaamse buurgemeenten Dessel en Mol waren bereid om met NIRAS een eventueel bergingsproject te onderzoeken. Verschillende partnerschappen werden opgericht om de inwoners te betrekken bij de besluitvorming: PaLoFF (Partenariat local Fleurus Farciennes) uit Fleurus/Farciennes, STOLA/STORA uit Dessel (Studie- en Overleggroep Radioactief Afval) en MONA uit Mol (Mols Overleg Nucleair Afval). 

 

Deze partnerschappen onderzochten in nauw overleg met NIRAS of het technisch mogelijk en maatschappelijk aanvaardbaar was om het laag- en middelactieve kortlevende afval te bergen in hun gemeente. In 2005 keurden de gemeenteraden van Dessel en Mol de ontwerpen van STORA en MONA goed. De gemeenteraad van Fleurus verwierp het voorstel van PaLoFF, waarop de gemeenteraad van Farciennes geen uitspraak deed over het dossier. In 2006 besliste de federale regering dat de bergingsinstallatie in Dessel zou komen en dat de voorwaarden van beide partnerschappen gerealiseerd moesten worden. De gemeente Dessel nam zo de verantwoordelijkheid op zich voor een kwestie dat heel het land aangaat. 

Waarom is én blijft participatie zo belangrijk voor ons?

Marc Demarche, directeur-generaal van NIRAS: “We zijn erin geslaagd een breed maatschappelijk draagvlak te creëren voor de berging van het laag- en middelactieve kortlevende afval. Het idee van de partnerschappen met de inwoners van Dessel en Mol – uitgewerkt door de Universiteit Antwerpen en de Fondation Universitaire Luxembourgeoise - was een primeur voor ons land. België is hiermee een echte trendsetter geweest. Veel van wat we hier deden en zullen blijven doen is vandaag goede praktijk geworden, zelfs ver buiten onze grenzen. Inspraak zit nu in ons DNA. 

 

Maar het werk zit er nog niet op, bijlange niet. We moeten ook werk maken van een beheeroplossing voor het hoogactieve en/of langlevende afval. Vooraleer een diepe bergingsinstallatie gerealiseerd zal worden, zijn we snel enkele tientallen jaren verder. Het is een project van heel lange adem dat tal van technische, wetenschappelijke en economische uitdagingen behelst. Daarnaast, en ik benadruk het belang ervan, dient ook de samenleving bij het project betrokken te worden. Dit maatschappelijk aspect is minstens even belangrijk als de andere. 

 

2023 is hiervoor een eerste belangrijk jaar met de start van het maatschappelijk debat over het langetermijnbeheer van het hoogactieve en/of langlevende afval. De bedoeling van dit debat is om in dialoog te gaan met de samenleving, om zo samen te kijken naar hoe we op welke manier dit bergingsproject kunnen realiseren. Want enkel samen komen we tot een gedragen oplossing voor een kwestie dat de veiligheid van heel de maatschappij aanbelangt.” 

Marc Demarche, directeur-generaal van NIRAS: “Enkel samen komen we tot een gedragen oplossing voor een kwestie dat de veiligheid van heel de maatschappij aanbelangt.”

Hoe kan ik meer te weten komen over participatie?

Het boek ‘Het verhaal van een berging’ van auteur Leo De Bock gaat dieper in op het hele participatieverhaal rond het oppervlaktebergingsproject in Dessel en Mol. De auteur sprak met heel wat betrokkenen die zich voor het project engageerden en verdiepte zich in het bredere thema burgerparticipatie.  

Oppervlakteberging

Hoe zit het met het oppervlaktebergingsproject in Dessel?

In 2006 nam de federale ministerraad de beslissing om al het laag- en middelactieve kortlevende afval te bergen in een oppervlaktebergingsinstallatie op het grondgebied van de gemeente Dessel, vlak bij de grens met de gemeente Mol. De bouwwerken aan de installatie zelf zijn nog niet gestart. Daarvoor is het nog wachten op de nucleaire vergunning. Het is het eerste en enige bergingsproject voor laag- en middelactief kortlevend afval in België. 

In Dessel wordt in samenwerking met de lokale bevolking een oppervlaktebergingsinstallatie gerealiseerd voor laag- en middelactief kortlevend afval.

Hoe werkt oppervlakteberging?

Bij oppervlakteberging wordt het geconditioneerde radioactieve afval veilig en voorgoed geborgen in een bovengrondse installatie. Meerdere barrières sluiten de radioactieve stoffen in en zonderen het afval af. Eens de bergingsinstallatie gevuld is, wordt deze afgesloten door een permanente afdekking bestaande uit verschillende beschermingslagen. De toekomstige generaties moeten dan niet meer actief tussenkomen om de veiligheid te garanderen.  

 

De vaten met het radioactieve afval worden in betonnen kisten (caissons) geplaatst en met mortel ingekapseld. Zo ontstaan monolieten die vervolgens naar de bergingsinstallatie vervoerd worden. Daar worden ze in betonnen bunkers met dikke wanden van gewapend beton (modules) geplaatst. Deze bergingsmodules worden verdeeld over twee zones en zullen op termijn nog alleen te herkennen zijn als twee heuvels in het landschap. Al deze stappen gebeuren ter plaatse en zullen nog tientallen jaren in beslag nemen. 

Tabloo

Meer weten over radioactief afval? Kom naar het bezoekerscentrum Tabloo!

Tabloo is het gloednieuwe bezoekers- en ontmoetingscentrum in Dessel, vlak bij de plaats waar binnen enkele jaren het laag- en middelactieve kortlevende afval veilig en voorgoed geborgen zal worden. Tabloo kwam tot stand na een uniek participatiemodel met de inwoners van Dessel en Mol. 

Absolute blikvanger van Tabloo is de interactieve expo met als thema radioactiviteit. Het thema wordt zowel vanuit wetenschappelijke als vanuit maatschappelijke invalshoek benaderd. Bezoekers maken al doende kennis met het fenomeen radioactiviteit en ontdekken hoe radioactief afval ontstaat en beheerd wordt. Ze komen te weten hoe de bevolking mee naar oplossingen zoekt, voor welke uitdagingen we nog staan en welk onderzoek naar nucleaire toepassingen er gebeurt. Voor scholen en groepen zijn er ook diverse workshops, labosessies en activiteiten. 

 

Naast een bezoek aan de expo, kan je in en rond Tabloo nog heel wat ander leuks beleven. Genieten van een lekker drankje en lunch in brasserie Bistroo. Een boeiende wandeling maken tot aan de plaats van de toekomstige bergingsinstallatie voor radioactief afval. Ontspannen in het landschapspark terwijl de kinderen zich uitleven in de speeltuin. Of nog je verdiepen in de rijke nucleaire geschiedenis van de streek. Tabloo heeft alles in huis om er een onvergetelijke uitstap van te maken. 

 

Meer weten? Surf naar www.tabloo.com 

In Tabloo maken bezoekers al doende kennis met het fenomeen radioactiviteit en ontdekken ze hoe radioactief afval ontstaat en beheerd wordt.

Schrijf je in op onze nieuwsbrief en volg ons op de voet